Professionalisme, compliance, loyauteit?

Wat betekenen de woorden “professionalisme”, “compliance” en “loyauteit”? En hoe worden ze gebruikt? Hieronder waag ik me aan een Foucaultiaanse deconstructie.

Als we stellen dat iemand professioneel handelt, dan betekent dat meestal dat het resultaat voldoet aan de verwachtingen van degenen die worden gediend, en bij uitbreiding van andere “professionals” die waken over de kwaliteit ervan. Zodus: de “professional” levert kwaliteit – toegevoegde waarde die wordt gewaardeerd. De meeste mensen proberen in een verscheidenheid van contexten naar godsvrucht en vermogen kwaliteit te leveren. Ik doe dat op het werk, en ook bijvoorbeeld in mijn moestuin. In die zin probeer ik in mijn moestuin ook “professioneel” bezig te zijn, zoals ook als ouder van twee kinderen. Maar proberen is niet genoeg, luidt de voor de hand liggende tegenwerping: professionalisme staat voor deskundigheid, vakmanschap. In mijn moestuin doe ik maar wat. Op mijn werk hoor ik kennis van zaken te hebben en de dingen “juist” te doen. Welnu, de realiteit is dat in heel wat situaties het onduidelijk is wat er moet gedaan worden, en dat zelfs zogenaamde experts tegenstrijdige opinies hebben. Heel wat taken, rollen, functies in organisaties zijn gelijkaardig aan het al even aangestipte ouderschap. Wat is dat, goed ouderschap? Elke dag zoeken we ons daarin een weg, zonder veel houvast en “deskundigheid”. Kwaliteit leveren vraagt in dit soort situaties dat we aandacht hebben voor wat er gebeurt, tolerant zijn voor ambiguïteit, aan (zelf)reflectie doen, willen bijleren, experimenteren, transparant communiceren, vertrouwen hebben (en dus controle losser laten), enzovoort – en dit allemaal ten dienste van onze interne en externe klanten, cliënten, patiënten, ten dienste van onze medemens. Maar dit soort kwaliteiten beperkt zich niet tot ons professionele leven. Best niet. Het zijn eerder kenmerken van wat “wijs handelen” kan worden genoemd, en dat doen we best wel in elke levenssfeer – ook al doen we dat niet overal in dezelfde mate.

Het woord “(on)professioneel” wordt in de praktijk gebruikt om iemands gedrag te (dis)kwalificeren. Wat er goed of fout loopt, wordt aan het individu toegeschreven en uit de samenwerkingsrelatie weggetrokken. De bedoeling hiervan is niet zelden om tot bijsturing te komen vanuit eenzijdig bepaalde maatstaven en verwachtingspatronen met “compliance” als doel, het tweede woord dat ik even onder de loep neem. Je zou het kunnen vertalen als “mee-plooiing”. Als managers stellen dat de “compliance graad” omhoog moet, dan gaan ze er vanuit dat “compliance” goed zou zijn voor een organisatie. Tegelijk wil datzelfde management dat medewerkers “intrapreneurs” zijn: ondernemers die initiatief nemen, eigen keuzes maken, hun eigen weg vinden en de bevelen van bovenaf niet afwachten. Dit is het spanningsveld waarin mensen in organisaties zich bevinden. Toch zal in hiërarchische organisaties “compliance” (als waarde hiërarchisch) primeren op “intrapreneurship”. Uiteindelijk moet er worden gevolgd. A la limite is zelfs “intrapreneurship” iets waar mensen compliant aan moeten zijn: “Wees eens wat zelfstandiger!” Dit verhaal komt erop neer dat het gedrag van mensen wordt gedisciplineerd ten koste van de kwaliteit ervan. Kwaliteit die in elke unieke situatie een eigen invulling verdient en dus variatie genereert, wordt door “compliance” teniet gedaan. Compliance staat haaks op kwaliteit. Een voor de hand liggende tegenwerping luidt dat “vrijheid blijheid” contraproductief is en “compliance” dus tot op zekere hoogte noodzakelijk is. Mijn antwoord hierop luidt dat mensen zich niet hebben te schikken. Ze gaan in hun kwaliteitsstreven vanzelf op zoek naar samenwerking vanuit een gedeeld project en de afspraken die daarbij horen, en dit in lijn met de bedoeling van de organisatie voor zover die geloofwaardig is. En als mensen geen blijk geven van een zulk kwaliteitsstreven, dan zal de eis tot compliance al zeker niet in goede aarde vallen. Dan is er een ander gesprek nodig.

Loyauteit” (loyaliteit): het derde woord. Werknemers horen “vanzelfsprekend” loyaal te zijn aan de organisatie waarvoor ze werken. Mensen dienen het belang van de organisatie, liefst door zich “volledig” in te zetten en ook door lang in dienst te blijven, zo mogelijk de rest van hun loopbaan (tenzij de organisatie daar anders over beslist). Maar het “belang van de organisatie” kan twee verschillende dingen betekenen. Enerzijds gaat dat belang van de organisatie au fond over de “bedoeling” van de organisatie, haar bestaansrede, datgene wat de organisatie wil betekenen voor haar klanten, cliënten, patiënten. Anderzijds staat het in praktijk dikwijls voor het belang van de top van de organisatie. De medewerker die zijn moed bij elkaar raapt en met de hogere hiërarchie van mening durft te verschillen, wordt al wel eens een gebrek aan loyauteit verweten. (Op die manier wordt de mede-werker eerder een onder-werker. “Medewerker” is een vierde woord dat we hier zouden kunnen onderzoeken.) Om een uitgesproken voorbeeld te nemen: klokkenluiders kunnen bijzonder “loyaal” zijn aan de bedoeling van de organisatie en tegelijk bijzonder deloyaal aan de top van die organisatie. Met andere woorden: “loyauteit” is net als “professionalisme” en “compliance” een woord dat dikwijls wordt gebruikt om het gedrag van mensen te disciplineren, los van de geleverde kwaliteit of intentie hiertoe.

Ziehier: drie woorden die hun positieve connotatie danken aan een verouderd model waarin de wereld verondersteld wordt om stabiel en eenduidig te zijn, en bijgevolg eenvoudig hiërarchisch aangestuurd kan worden. In zo’n wereld leven we hoe langer hoe minder (en hebben we bij nader inzien nooit helemaal geleefd) en het valt dus toe te juichen dat organisaties op zoek gaan naar andere manieren van samenwerking, het is te zeggen: naar meer authentiek manieren van samen-werking (want “samenwerking” zou het vijfde woord kunnen zijn dat we hier onder loep kunnen nemen), naar cocreatie vanuit gedeeld leiderschap door al wie in en op organisaties betrokken zijn. De uitdaging bestaat erin om het proces hier naartoe congruent te laten zijn met de bestemming. Maar dat is een ander verhaal… en we zullen de woorden “professionalisme”, “compliance” en “loyauteit” niet nodig hebben om het te vertellen. En wel bijvoorbeeld "purpose", "kwaliteitsstreven" en "cocreatie".

×
Stay Informed

When you subscribe to the blog, we will send you an e-mail when there are new updates on the site so you wouldn't miss them.

Mededogen voor de elite
Wat is kunst? Over vulling en vervulling
We value your privacy

We use cookies only to enhance your browsing experience. By clicking "Accept", you consent to our use of cookies.